Als ik binnen kom in de directiekamer staat er een doos op het bureau. Het is een zending van ‘Stichting Wageningen45’. Er zitten allemaal prentenboeken in voor groep 7/8. De boeken hebben de bedoeling om kinderen in kleur en beeld, middels een voor hen geschikte taal iets aan te leren over de oorlog van 40/45. De verhalen van de oorlog en de bevrijding komen alweer binnen. Elk jaar besteden we aandacht aan de bevrijding van 5 jaar onderdrukking door de agressor. Ik voel de vermoeidheid, en het machteloze gevoel. We proberen een generatie op te laten groeien zonder oorlog. De leuzen ‘Dit nooit weer!’ moeten kinderen vertellen dat zij, als ze groot zijn, in ieder geval niet de wapens op zullen pakken om hun gelijk te krijgen.

En dan gebeurt er precies dát, een paar landsgrenzen hiervandaan. Een land wat qua economie slecht ontwikkeld is, weinig geopolitieke betekenis heeft, waar armoede en slechte voorzieningen aan de orde van de dag zijn, wordt te grazen genomen door een land/leider die met agressie, overmacht en macho-taal een ander volk kleineert, belachelijk maakt, inlijft. Ouderwetse oorlog. Bijna niet te geloven.”

De prentenboeken over de oorlog worden klaargelegd en zullen binnenkort gebruikt gaan worden. We willen kinderen leren dat oorlog nooit de oplossing is. We willen kinderen leren dat wederzijds respect belangrijke christelijke waarden zijn. We leren kinderen ook dat agressie in het klein al begint. Met venijnige opmerkingen, buitensluiten, grove taal in de mond of uitlachen. We willen ons altijd inzetten om die ‘bron van ellende’ te zien bij onszelf. Wat in het groot gebeurt, op wereldtoneel, gebeurt soms ook in het klein in ons hart. Daarom leren we de kinderen op school om goed met zichzelf om te gaan, maar ook liefdevol om te zien naar een ander. Dat doen we ook vanuit een Bijbelse boodschap. Daarvan weten we dat iedereen wel eens boze, neerbuigende, buitensluitende gevoelens heeft, dat die in je hart kunnen groeien. Maar ook dat je daartegen iets moet doen. Het herkennen en erkennen is belangrijk, erover spreken ook. We gebruiken daarvoor de Kanjer methode. En als we die strijd in ons eigen hart mogen zien, dan leren wij de kinderen ook dat je daarvan spijt mag hebben. Dat je daarvan mag balen, zonder dat je jezelf hoeft af te schrijven, of te verwensen (dat zou het boze gedrag alleen maar groter maken). We leren de kinderen dat er ook vergeving is. Vanuit spijt is er vergeving mogelijk, en ook nodig. Zodat kinderen leren dat er altijd weer een weg terug is, een weg waarin je het goede kunt doen, je kan herstellen. Ik bid dat de boze leiders en agressoren van de ‘grote-mensen-wereld’ dit ook mogen inzien.

Daarom vieren wij morgen ook biddag. Hoe ver je ook van God (en jezelf) af bent komen te staan, je bent altijd precies één gebed van God verwijderd. Laten we bidden voor onszelf en de ander, waarin we onze vragen over de toekomst ook bij God leggen.

Daarnaast is het ook (en juist nu) belangrijk om in ons handelen te laten zien dat we iets willen betekenen voor Oekraïne. Daarover vergaderen we morgen, en dan komen we daar zo snel mogelijk bij u op terug.

Copyright © cbsoene.nl